Integriteit 1
De laatste weken valt het me op dat er in de kranten en andere media veel gesproken en geschreven wordt over integriteit. Integer zijn. In geen van de stukken die ik las, vond ik een duidelijke beschrijving van wat men ermee bedoelt. Nu kan ik dat in de huidige tijd best wel raden maar het lijkt me toch interessant even wat verder te kijken naar integriteit. Zelf ben ik geinteresseerd geraakt in het onderwerp “integriteit” door het lezen van het boek: “dit kan niet waar zijn” van Joris Luyendijk. Hij beschrijft in dit boek de amoraliteit die bestaat in het bankwezen in Londen. Nog interessanter wordt het als hij vertelt dat bezoekers van zijn spreekbeurten hem zeggen dat hetgeen Joris beschrijft (de amoraliteit), ook plaats vindt in de bedrijven waar de bezoekers werken: in de zorg, in het onderwijs, bij de krant enzovoorts.
Op 2 februari 2016 verschijnt in Trouw een interview met filosoof Johan Siebers die, naar aanleiding van een serie over integriteit, vertelt dat hij bij Shell collectieve amoraliteit tegen kwam toen hij daar werkte. Individuen waren daar geneigd om na te denken over morele vragen maar “zodra er weer gewerkt moest worden”, was het klaar met de morele vragen en reflectie. Dan moest er gewoon geproduceerd worden en geld verdiend worden.
Niet zo lang geleden verscheen er van het Centrum voor Gezondheid en Ethiek een nieuwe signalering: Integriteit in zorgorganisaties. Zij definieren integriteit als: "een gelaagde persoonlijke eigenschap met vier componenten: betrouwbaarheid, deugdzaamheid, authenticiteit en reflectie". En ze waarschuwen voor het “uithollen” van het begrip integriteit, het een dimensionaal invullen van het begrip en het stellen van regels (eendimensionaal) voor het invullen van integriteit. Er is nog meer te zeggen over deze signalering maar ik wil nu vooral praten over de definitie van het begrip “integriteit”.
Een andere definitie van integriteit haal ik uit “Wijsgerige Ethiek” van Govert den Hartogh, Frans Jacobs en Theo van Willigenburg. Naar hun idee is integriteit de nieuwe deugdzaamheid. Zij vinden integriteit een toestand van relatieve “geintegreerdheid” waarmee ze bedoelen een toestand van relatieve “heelheid” en samenhang van de persoon. Drie aspecten zijn hier van belang: consistentie, trouw zijn aan jezelf en minimale zuiverheid. Ze benadrukken dat het niet zo zeer gaat om consistentie in denken en doen an sich maar ook oprechte en diepgaande toewijding aan datgene waar men voor staat. Toch moeten er soms compromissen gesloten worden maar daar zitten wel grenzen aan. Die grenzen worden bepaald door principes die identiteitsbepalend kunnen zijn: “als ik die grens overga, verlies ik mezelf”.
Als laatste moet er in het handelen sprake zijn van een minimale zuiverheid, aldus Govert den Hartogh. Maffiosi, doping gebruikende sporters en anderen die overgestapt zijn naar “the Dark Side”, kunnen wel trouw zijn aan zichzelf en consistentie vertonen in hun denken en handelen, maar worden niet gezien als integer. Als integer mens zul je menselijkheid moeten bewaren, van jezelf maar ook van degene waar je mee om gaat.
Enkele voorbeelden van niet zo integer gedrag van de afgelopen jaren:
- bonnetjes affaires (Engels parlement, Ministerie van Justitie)
- Bouwfraude Nederland
- Woningbouwcorporaties
- Enron
- Volkswagen
- de Challenger Crash (met Richard Feynman in de onderzoekscommissie)
Vorig jaar heb ik een Massive Open Online Course gevolgd van de universiteit van Lausanne over "unethical decision making in organisations". De slogan in deze cursus was: when good people make bad decisions. De docenten van deze cursus lieten goed zien dat bedrijfscultuur goed bedoelende mensen foute dingen liet doen. En dat lees je ook terug bij Joris: "in ons bedrijf doet iedereen het" en "het is wettelijk toegestaan". Maar integriteit (of een moreel kompas) gaat voorbij de wet.
Uit alle publicaties krijg ik het idee dat we vroeger met zijn allen veel meer integer handelden dan nu. Maar is dat zo? En als we om ons heen kijken, zien we dan integere mensen? Zijn we zelf zo integer als we vinden dat een ander zou moeten zijn? Of moet vooral de ander integer zijn, en zien we van onszelf graag wat door de vingers? Zoals je bijvoorbeeld als autobestuurder vindt dat de fietsers zich moeten gedragen en zich moeten aanpassen aan het autoverkeer maar dat we, als we zelf op de fiets zitten, vinden dat als fietser bijna alles mag en dat die auto’s niet zo vervelend moeten doen? Of zoals Joris Luyendijk in zijn, op 2 februari jongstleden uitgesproken Bergrede op de Amersfoortse Berg besloot: “Hij die zonder zonde is, werpe de eerste steen”.
Is "integriteit" het nieuwe Buzzword? Staat integriteit in de etalage? Is het aanstellen van een "integrity and compliance officer" genoeg om van je organisatie een integere organisatie te maken? Is integriteit in ziekenhuizen (of andere bedrijven) de nieuwe kwaliteit? Waarop binnenkort nieuwe organisaties ontstaan die gaan controleren of er genoeg aan integriteit wordt gedaan? Een integriteitsaccreditatie? Is het hebben van een "integriteitsbureau" goed (of beter) voor je reputatie?
Wie het (integere) antwoord weet, mag het zeggen.
https://www.gezondheidsraad.nl/sites/default/files/integriteit_in_zorgorganisaties.pdf
http://www.trouw.nl/tr/nl/4504/Economie/article/detail/4237011/2016/02/02/De-Bergrede-van-Luyendijk-Bankier-zonder-moraal-gaat-het-niet.dhtml